Sleutelkind, zo noemde men - in mijn jonge tijd, toen ik nog naar school ging dus - lagere schoolkinderen die een huissleutel mee hadden naar school, kinderen wiens mama niet op hen zat te wachten thuis, als de school uitwas. Van naschoolse opvang was er toen nog geen sprake (toch niet waar ik naar school ging). Ik was zelf niet één van die kinderen, ik had het geluk dat mijn mama wel thuis was als mijn zus, broer en ik van school kwamen. Mijn mama werkte wel, maar niet fulltime. Maar niet alle kinderen hadden dat "geluk", sommige mama's moesten wel fulltime werken en hadden geen grootouders of andere familie die de kinderen konden opvangen. En dus kreeg het sleutelkind een huissleutel en bleef het alleen thuis tot mama en/of papa thuis kwamen. Er werd meewarig over gesproken, er werden artikels in kranten en items in het nieuws aan gewijd.
Vanaf morgen heb ik ook sleutelkinderen. OK, ze moeten niet elke dag alleen naar huis, het zal maar af en toe moeten. Normaal komt Nonna de kinderen nl. afhalen van school op donderdag. Maar Nonna is nog op vakantie in Sicilië en ik kan morgen echt niet vroeger naar huis. Dus heb ik een sleutel laten bijmaken en krijgt Draak die morgen mee. Ze kregen al instructies: samen naar huis komen (op elkaar wachten!), thuis zal een 4-uurtje voor hen klaarstaan (niet vergeten, mama!) en mogen ze, tot ik een uurtje later thuiskom, met hun Nintendo spelen. Huiswerk maken is voor als ik thuis ben. Zo trots als een pauw is Draak, omdat hij een huissleutel krijgt. Ze kijken er al naar uit, vooral omdat het betekent dat ze met hun spelletjes mogen spelen. En als ze daarmee bezig zijn horen of zien ze niets en hebben ze zeker geen tijd om ruzie te maken. Ze weten hoe de telefoon werkt en hoe ze me kunnen bellen. En de buurvrouw is thuis.
Het is weer zo'n stap vooruit, weer een stukje loslaten. Het hoort erbij, bij het opgroeien. En toch heb ik maar een klein hartje.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten